Wat gebeurt er bij een hersenschudding?

De hersenen liggen niet vast tegen de schedel aan, maar drijven in een vloeistof die tussen de hersenen en schedel zit. Wanneer er een klap tegen het hoofd komt, worden de hersenen door elkaar geschud. Bij het schudden kan schade ontstaan, ook wanneer de schedel zelf niet wordt beschadigd. Het zijn dan vaak niet de hersencellen die worden beschadigd, maar de verbindingen ertussen. Deze kunnen door het heen en weer bewegen van de hersenen in de schedel namelijk worden verbroken. Daardoor kunnen bepaalde hersencellen (tijdelijk) niet meer met elkaar communiceren. Om daarvoor te compenseren, wordt de informatie die deze hersencellen normaal aan elkaar zouden doorgeven tijdelijk met een omweg verstuurd. Dit kost meer energie, waardoor hoofdpijn, vermoeidheid en andere klachten kunnen optreden. De hersenen kunnen de verbroken verbindingen zelf weer herstellen, maar alleen als het lichaam daar de energie voor heeft. Wanneer deze energie er niet is, bijvoorbeeld doordat iemand met klachten zijn alledaagse activiteiten blijft doorzetten, worden de verbroken verbindingen niet hersteld en blijven de hersenen de omweg gebruiken. Wanneer dit lange tijd het geval blijft, wordt de omweg permanent in gebruik genomen. Hierdoor kunnen blijvend klachten worden ervaren. Bovendien bestaat er, ook in de afwezigheid van klachten, een extra kwetsbaarheid in de hersenen bij toekomstige schade. De hersenen werken nu immers niet optimaal meer en kunnen daardoor minder goed compenseren wanneer er weer iets gebeurd. Er moet dan als het ware een omweg voor een omweg worden gecreëerd.